Dit is een zeldzame Arisaema-soort die verspreid voorkomt in regenwouden in Azië. Er zijn populaties in Yunnan, Thailand, Java en op enkele kleine Indonesische eilanden in het zuidoosten van het land. De bloeiwijze is hoofdzakelijk wit-groen gekleurd, maar rondom de bloeikolf is meestal een donker gevlekt patroon zichtbaar. Opvallend bij de bloeiwijze zijn de kronkelige filamenten die aan het uiteinde van de spadix groeien en uit de bloeikolf kunnen komen. De bloeiwijze kan tot ongeveer 50 cm hoogte groeien en die grootte is gelijk aan die van de bladeren. Zowel de blad- als bloemsteel zijn licht gevlekt. Na bestuiving worden de bloemen gevolgd door oranjerode bessen met elk 1-4 zaden.
De soort kan worden gehouden als kamerplant op een lichte standplaats zonder direct zonlicht. Zorg voor een goed doorlatende grond en houd deze constant licht vochtig. In tegenstelling tot veel andere Arisaema-soorten heeft deze tropische soort geen rustperiode, waardoor er altijd bladeren te zien zullen zijn.
Zaaibeschrijving: Het al gekiemde zaad kan verder ontwikkelen in Sphagnum-mos. Bij de vorming van het eerste blad kan het worden overgezet in een goed doorlatende grond met organisch materiaal.