De kamelenvoetboom is vernoemd naar de kenmerkende bladvorm die lijkt op de afdruk van een kamelenvoet. Door deze bladvorm lijkt het om een Bauhinia-soort te gaan en in dat geslacht werd de soort ook eerder ondergebracht. De bloemen zijn echter trompetvormig en lijken niet op die van een Bauhinia. Tegenwoordig is de soort daarom ook ondergebracht in het geslacht Piliostigma.
De boom is wijdverspreid in tropisch Afrika en heeft allerlei nuttige toepassingen. Van de schors kunnen vezels worden gemaakt, terwijl verschillende delen van de boom worden gebruikt voor medicinale doeleinden en kleurstoffen. De bladeren en vruchten zijn ook eetbaar. Het zoete vruchtvlees kan van de zaden worden gescheiden en is eetbaar. Maar omdat elke vrucht maar een kleine hoeveelheid pulp bevat, wordt het voornamelijk door kinderen als tussendoortje gegeten.
Tijdens het regenseizoen produceert de boom kleine, maar mooie witte bloemen die na bestuiving worden gevolgd door bruine, fluweelachtige peulen van 3-7 cm groot. Een interessante eigenschap van deze peulen is dat ze, in tegenstelling tot de meeste peulvruchten, niet opensplijten aan de boom. In plaats daarvan moeten de peulen op natuurlijke wijze ontbinden, voordat de zaden vrijkomen.
De soort groeit in struik- of bosgebieden en kan daar tot 15 meter hoog worden. Met een ideale temperatuur van rond de 20°C is de soort echter ook geschikt als kamerplant. De plant kan gesnoeid worden om een handzamer formaat te behouden en eventueel ook als bonsaiboom gekweekt worden. Zorg voor een zonnige standplaats en een goed doorlatende grond.
Zaaibeschrijving: Zaden op 1 plek aanschuren met schuurpapier, totdat er een kleurverschil zichtbaar is. Daarna 24 uur laten weken in water en zaaien in zaai- en stekgrond. Grond constant licht vochtig houden en bij 25-30grC laten kiemen. Kieming meestal binnen enkele weken, maar kan volgen zolang de zaden hard zijn.