De maqui wordt al eeuwenlang door de Mapuche-indianen in Chili geteeld voor de gezonde zwartpaarse bessen. De bessen zijn een halve cm groot en hebben een heerlijke smaak die vergelijkbaar is met die van een braam. Ze kunnen vers of gedroogd gegeten worden, maar ook worden verwerkt tot jam, sap, wijn en het Chileense chicha. De Mapuche gebruiken de bessen ook als traditioneel medicijn tegen koorts en diarree. De soort is in de natuur een kleine boom tot 5 meter hoog en kan bij ons gehouden worden als kuipplant bij een minimum van -5 graden Celsius. De planten zijn eenslachtig, zodat er mannelijke en vrouwelijke planten zijn. Vrouwelijke planten produceren echter ook bessen zonder bestuiving: zelfs pitloos in dat geval.
Zaaibeschrijving: Zaden eerst aanschuren met schuurpapier en vervolgens 24 uur laten weken in water. Zaaien kan in zaai- en stekgrond en daarna kunt u het afgesloten potje of bakje 8 weken in de koelkast plaatsen om de kiemrust te doorbreken. Na deze periode laten kiemen bij ongeveer 25grC en grond daarbij ook constant licht vochtig houden.