Mooie boomvaren uit de nevelwouden van Queensland, Australië. De soort heeft een slanke stam van zo'n 7 cm en lijkt daarmee wat op Cyathea robertsiana. Dit is een vrij tropische soort en daardoor is de plant in Nederland te houden als kamerplant.
Vermijd direct zonlicht, zet de plant niet in de buurt van een kachel en besproei deze regelmatig voor de mooiste groei.
Zaaibeschrijving: Sporen uitstrooien over zaai- en stekgrond en afdekken met glas of huishoudfolie. De grond mag niet uitdrogen, maar let ook op dat de grond niet te nat wordt.
Sporen hebben een ander principe dan zaden, aangezien sporen eenslachtig zijn. Er zijn mannelijke en vrouwelijke sporen die eerst een prothallium vormen, een eerste paar piepkleine blaadjes. Dit kunt u zien als een soort groene waas over de grond. De mannelijke kiemplantjes produceren zaadcellen die zich verspreiden door water en op die manier in contact moeten komen met de vrouwelijke kiemplantjes. Door regelmatig wat water te sproeien over de grond bevordert u dit proces.
Als de mannelijke cellen bij het vrouwelijke prothallium zijn aangekomen, volgt er bevruchting en kan de daadwerkelijke boomvaren gaan groeien.